sábado, agosto 13, 2011

Lola Brood interview (Viva)

Eerder verschenen in Viva, 2011

Door Guuz Hoogaerts



Tien jaar geleden sprong haar vader Herman Brood van het dak van het Hilton. Samen met Art Rooijakkers gaat Lola Brood voor een tv-programma dat 17 juni begint op zoek naar mooie, grappige, bizarre verhalen over Herman. ‘Soms is het fijn op de pijn op te zoeken.’



De gelijkenis met Herman is treffend. Dat is het eerste wat opvalt als je Lola Brood (25) een hand geeft. Dezelfde licht-spottende blik, dezelfde bedachtzame manier van praten, dezelfde dromerigheid. Tijdens het interview zal ze een paar keer vragen: ‘Waar was ik antwoord op aan het geven?’, om daarna hard te lachen. 
We zitten eerst in de forse tuin van het knusse Amstelveense huis waar haar moeder en halfzusje Holly wonen. Omdat het toch wat koud optrekt op het stenen tuinmeubilair, verkassen we naar het tuinhuisje waar Lola samenwoont met haar vriend Alex. Er hangen ‘Hoera! Geslaagd!’ vlaggetjes in de open keuken. Lola: ‘Alex is klaar met zijn studie bedrijfskunde aan de Vrije Universiteit in Amsterdam. Er zijn helaas geen vlaggetjes met ‘Hoera! Afgestudeerd!’


Lola wordt zeer geregeld aangesproken over haar vader. ‘Ik werk in een kroeg, daar vertellen mensen dat ze mijn vader nog hebben gekend. Blijkt dat ze ‘m op een bankje hebben zien zitten. Of dat ze achter ‘m zaten in de tram. Of, nog erger, dat ze biertjes met ‘m hebben gedronken en jointjes met ‘m hebben gerookt. Nou, mijn vader dronk geen bier. Hij rookte nooit jointjes. Hij deed alles in het extreme, ook wat drank- en drugsgebruik betreft. Soms begrijp ik niet waarom mensen een lulverhaal ophangen. Van de andere kant, mijn vader was heel sociaal. Als we samen zaten te tekenen op het terras, mocht iedereen er bij komen zitten. Dan krijg je al snel het gevoel dat je iemand kent. Ik blijf altijd aardig als mensen me aanspreken. Het zijn toch fans. Ik ben enorm trots dat er nog zoveel aandacht is, tien jaar na zijn dood.’



‘Lulverhalen’ zitten niet in ‘Op zoek naar Brood’, het programma waarin Lola samen met Art Rooijakkers bij mensen langsgaat die bijzondere herinneringen aan haar vader hebben. Liefst met bijbehorend voorwerp: ‘Een fiets die hij heeft beschilderd omdat hij er een lift op kreeg, bijvoorbeeld. Hij betaalde vaak met tekeningen omdat het geld op was. Er zullen vast treinconducteurs zijn die kunst van ‘m hebben omdat hij geen kaartje had gekocht. Ik weet nog dat we een keer op vakantie waren in Italië, en we zonder geld zaten. Gingen we op de markt tekeningen verkopen. Toen we daar werden weggestuurd, gingen we langs de kant van de weg staan. Kwamen er een stel Belgen langs, die herkenden mijn vader en kochten de tekeningen. Toen hadden we weer geld voor de rest van de vakantie. Zo ging het heel vaak. Hij had altijd overal een oplossing voor. Ik heb nooit enige vorm van paniek bij hem gemerkt.’ De voorwerpen van mensen die zich aanmelden bij het programma, worden in bruikleen gegeven voor een expositie. Die opent na de vierde en laatste aflevering.



Op moment van het interview is er nog niet gedraaid. Lola weet al dat ze bij voormalige bandleden langsgaan, bij haar halfbroer Marcel en er wordt ook geprobeerd om de twee zussen van Herman voor de camera te krijgen. ‘Dat wordt nog lastig, want zij willen liever niet op tv.’ Beppie, de jongste, en Elly (vier jaar ouder dan Herman) hebben volgens Lola prachtige verhalen. ‘Beppie woont hier vlakbij, die zie ik wel geregeld. Elly woont in het oosten van het land. Zij kan heel leuk vertellen, ik ben al eens een keer met mijn nichtje naar haar toe gegaan om verhalen van vroeger te horen. Zij kwam voor mijn vader op als hij gepest werd op school, omdat hij een lui oog had. Ze kan ook vertellen over mijn opa en oma, die ik helaas nooit heb gekend. Ook die zijn altijd achter mijn vader blijven staan. Moesten ze ‘m weer ergens ophalen omdat hij te ver was gegaan met drugs. Ze hebben hem nooit veroordeeld, maar altijd op het rechte pad proberen te houden. En ‘m gesteund in zijn muzikale carrière. Als ze dat niet hadden gedaan, was het echt mis gegaan, daarvan ben ik overtuigd. Niemand had mijn vader van de drugs af kunnen houden.’

Ze zegt dat ze nog veel vragen heeft. Aan familie van Herman, aan ex-bandleden. ‘Ik ben nu 25 jaar, ik begrijp dingen nu veel beter dan tien jaar geleden. Ik kan niet dood, zijn mijn vader altijd. En ik geloofde hem. Pas toen ik ‘m opgebaard zag liggen, geloofde ik het pas.’ De laatste jaren, waarin Herman geestelijk en lichamelijk gesloopt was door de drank en drugs, waren heftig. ‘Ik heb toen wel tegen hem gezegd dat hij moest stoppen met drinken. Ik heb flessen verstopt. Dat leverde stevige ruzies op. Het klinkt gek, maar ik realiseerde me niet echt dat hij doodziek was. Ik wilde het misschien ook niet zien.’



Lola kijkt nog altijd weg bij beelden van een speed spuitende Herman. ‘Ik kan er niet tegen. Ik ben voor het programma ook niet geïnteresseerd in verhalen over groupies. Ik weet dat hij er niet vies van was, maar die verhalen voegen wat mij betreft niks toe.’ Ze is ervan overtuigd dat haar vader zonder zijn verslaving ‘het nooit zo ver had geschopt. De drugs gaf hem inspiratie, hij voelde zich zekerder. Zijn liedjes werden er geloofwaardiger van. Zonder drugs is Herman Boord geen Herman Brood meer.’
Zelf heeft Lola wel wat geëxperimenteerd met drugs. Paddo’s, jointjes. ‘Uit nieuwsgierigheid. En omdat zoiets nu een maal bij de puberteit hoort. Ik ben nu een stuk rustiger hoor. Maar een paar jaar geleden was ik een feestbeest. Veel uitgaan, veel drinken. Dan hoorde ik wel: ja, ze heeft het van geen vreemde! En dat sloeg niet alleen op mijn vader, maar ook op mijn moeder, haha. Ach ja. Daar trok ik me weinig van aan.’ Herman heeft haar nooit gewaarschuwd voor foute vriendjes, voor de gevaren van het nachtleven. Hij zei ooit in een interview dat hij vond dat hij tekort schoot wat betreft de opvoeding van zijn kinderen. ‘Mijn moeder verwachtte ook helemaal niet van ‘m dat hij zich daarmee bezig hield. Dat deed zij wel.’ Was er rust, reinheid en regelmaat in huize Brood? ‘Soort van, haha. Als mijn vader en ik samen waren, was het feest. Bracht hij me zogenaamd naar school, maar dan gingen we op het terras zitten tekenen. ‘Uw portret voor 25 gulden!’ Dan tekende hij het hoofd, vouwde het blad om en dan mocht ik het lijf tekenen. En hij weer de benen. En ik de voeten. Dat zijn hele dierbare herinneringen.’ 


Als ze zich verdrietig voelt, kijkt ze op Youtube naar filmpjes. ‘Het fragment waarin hij het liedje When I Come Home zingt, dat gaat over ons, over zijn dochters.’ Is zo’n filmpje niet heel erg pijnlijk? Lola moet even naar woorden zoeken: ‘Vanaf de dag nadat hij van het dak was gesprongen, wilde de pers met mij praten. Het voelde haast als een verplichting. Ik ken een meisje dat haar vader ook is verloren, die praat er nooit over. En als ze het dan toch doet, breekt ze gelijk. Het klinkt misschien gek, maar je leert om je gevoel uit te schakelen, ik kan een verhaaltje afdraaien. Maar soms is het ook wel fijn om de pijn op te zoeken. Dat doe ik dan liever in mijn eentje. Dan kijk ik foto’s en filmpjes. Bij mij werkt dat beter dan verdriet weg te stoppen.
Ik ben voor tv-programma’s naar het Hilton hotel gegaan, waar hij van het dak ik gesprongen. Ik heb zelfs op het dak gestaan met Hennie Huisman. Dat is wel heftig, maar ik snap ook wel dat als je een programma maakt over mijn vader, dat je naar plekken moet gaan die met hem te maken hebben. Ik ben ook een paar keer naar begraafplaats Zorgvlied gegaan met camera’s erbij. Zolang zo’n programma met respect wordt gemaakt, als er van tevoren overleg is over wat ik wel of niet wil doen, dan heb ik er geen moeite mee.’

Recent werd ze wel boos toen ze te gast was in het radioprogramma BNN Today en er zonder waarschuwing een fragment te horen was van de tekst die ze voorlas op de begrafenis van haar vader. ‘Als ik daar niet had gezeten om het tv-programma te promoten, was ik weggegaan. Later hebben ze hun excuses aangeboden. Ieder normaal denkend mens weet toch hoe pijnlijk dat is?’



Lola was eenmalig deelnemer aan ‘Sterren dansen op het ijs’. Waarom? ‘Waarom niet!Leren schaatsen in zo’n show, dat is toch hartstikke grappig? Nooit spijt van gehad.’ Dat heeft ze ook niet van de gewaagde fotoshoot voor mannenglossy FHM. ‘Ik hoefde niet quasi-geil met mijn vinger in mijn mond te poseren, het zijn stoere, sexy foto’s geworden. Ik dacht: die kan ik later aan mijn kinderen laten zien: dit is mama, zo dun was ik toen, haha. De leukste reactie die ik kreeg was van een paar bouwvakkers hier in Amstelveen. Ze wezen naar me en zeiden: jij hangt bij ons op kantoor!’
Ze denkt erover om ‘over een tijdje’ haar tuinhuisje, waarin een schitterend oud bad op pootjes staat en waar op de muren van de slaapkamer geschilderde tropische vissen zwemmen, te verruilen voor een echt huis. ‘Het is hier best krap. Alex en ik hebben veel kleren, ik zit altijd te knutselen of te tekenen en daar heb je ruimte voor nodig. Maar voorlopig zit ik hier nog wel goed, mijn moeder en mijn zusje zijn dichtbij, onze honden en katten ook.’
Haar vader werd vroeger gepest vanwege zijn luie oog: hoe slecht zijn haar ogen eigenlijk? Lola moet lachen: ‘Mijn lenzen en bril zijn +3 en +5. En dan zit er ook nog een cilinder in. Dat is echt iets wat ik van mijn vader heb geërfd. Ik heb ook met een sticker op mijn oog rondgelopen als kind, om het luie oog in het gareel te krijgen. Dat vond hij kindermishandeling. Hij is er vroeger vreselijk mee gepest. Ik vond het wel zuur dat ik een bril op moest als kind, maar ik werd er nooit mee gepest. Mijn moeder zei altijd, als ze er ruzie om kreeg met mijn vader: ‘Allemaal leuk en aardig dat jij het kindermishandeling vind; als ze die bril niet op zet, ziet ze niks!’

Naast het tv-programma is Lola bezig met diverse projecten waarbij de schilderijen en tekeningen van haar vader een belangrijke rol spelen. ‘Samen met mijn moeder ben ik bezig met een kledinglijn. Daarvoor gebruiken we bestaande tekeningen en foto’s van mijn vader, maar ik voeg er zelf ook wat aan toe. Anders is het te makkelijk.’ Lola volgde na de middelbare school kort een kappersopleiding. ‘Ik dacht dat ik dat leuk vond. Maar eigenlijk vond ze de visagie het leukst, lekker met oogschaduw aan de gang.’ Ze heeft wel een beroepskeuzetest gedaan, ‘daar kwam uit dat ik iets in de verzorging moest gaan doen. Ik wist niet goed wat ik wilde. Een kinderdagverblijf opzetten? Maar dan zou ik het werken met volwassenen weer missen. Nu denk ik: had ik toch maar een grafische opleiding gevolgd.’ Naast werken in een kroeg verdient Lola nu ook geld met het decoreren van kinderkamers. ‘Dat voelde zo goed, toen ik daarvoor werd betaald! Al wist ik niet goed wat ik ervoor moest vragen. Het was bij vrienden. En net als mijn vader heb ik een hekel aan de financiële kanten. Het is bij ons al gauw goed.’

En ja, Lola heeft wel eens in een studio gestaan om wat te zingen. ‘Maar dat kan ik niet. Daar kwam ik al heel snel achter. Bij de premiere van de film over mijn vader heb ik in Paradiso opgetreden met Spike, van Di-Rect. Daar deden we Omdat ik zoveel van je hou van Willy en Willeke Alberti. Het was enorm vals, toch klapte iedereen. Vooral uit beleefdheid. En uit respect voor mijn vader.’



Lola zoekt Brood, vanaf 17 juni, vier keer op de vrijdagavond om 20.30 uur bij de AVRO op Nederland 3.

KADER
Art over Lola
Art Rooijakkers staat Lola bij in haar zoektocht naar verhalen over haar vader. ‘Lola is een enorm innemend meisje. Ze heeft iets onhandigs over zich, dat had haar vader ook wel. Herman heb ik bij leven een paar keer ontmoet, heel kort. Je ziet de overeenkomsten met hem direct. We hebben inmiddels een paar dagen gedraaid, onder meer in de oude buurt in Zwolle waar Herman is opgegroeid. Dan komen er gelijk mensen naar buiten die Lola herkennen. Ze willen ook meewerken aan het programma omdat Lola erin zit. Zij is zo gefascineerd door de verhalen die ze hoort, dat ze af en toe vergeet dat we een programma aan het maken zijn. Het is mijn rol om dan even in te grijpen. Maar ik houd ‘r ook een beetje in de gaten. We hebben gesproken met een vriend die Herman kende uit een tijd dat het echt niet goed met hem ging, en daar nogal plastisch over vertelde. Dan wil ik graag weten of het niet te heftig voor Lola wordt. Soms voel ik me haar grote broer.’

Marcadores: , , ,